Europees Wisselkoersmechanisme

In de wereld van vandaag is Europees Wisselkoersmechanisme nog steeds een onderwerp van grote relevantie en discussie. Of het nu komt door de impact ervan op de samenleving, de invloed ervan op de populaire cultuur of het belang ervan in het dagelijks leven, Europees Wisselkoersmechanisme blijft een interessant onderwerp voor mensen van alle leeftijden en achtergronden. Vanaf zijn oorsprong tot zijn evolutie vandaag de dag is Europees Wisselkoersmechanisme het onderwerp geweest van talrijke studies, analyses en discussies die tot doel hebben de reikwijdte en betekenis ervan beter te begrijpen. In dit artikel zullen we verschillende aspecten van Europees Wisselkoersmechanisme onderzoeken en het belang ervan in de huidige context onderzoeken.

 Eurozone
 Leden van WKM II
 Leden van de EU die geen lid zijn van WKM II
 Niet-leden van de EU die de euro gebruiken

Het Europees Wisselkoersmechanisme (WKM) was een economisch systeem om de Europese wisselkoersen te stabiliseren als voorbereiding op de Europese Economische en Monetaire Unie (EMU) en de introductie van de euro. Het Europees Wisselkoersmechanisme werd geïntroduceerd op 13 maart 1979.

Samen met de ecu was het WKM een van de bouwstenen van de economische unie. Het gaf valuta's een centrale wisselkoers ten opzichte van de ecu.

Het werd gehoopt dat het mechanisme zou helpen bij het stabiliseren van de wisselkoersen, handel tussen Europese landen zou bemoedigen en inflatie zou beperken.

Het WKM gaf nationale valuta's een boven- en een onderlimiet waartussen de valuta's mochten fluctueren.

Op 16 september 1992, bekend geworden als Zwarte Woensdag, werd het Britse pond sterling door toedoen van wisselkoersspeculanten gedwongen het systeem te verlaten. De Italiaanse lire verliet het systeem eveneens. De Spaanse peseta devalueerde sterk.

WKM II

In 1999 verving WKM II het originele WKM. In dit systeem mogen munteenheden binnen een marge van ± 15% ten opzichte van de centrale wisselkoers tegenover de euro fluctueren. Aanvankelijk werden de Griekse en Deense munteenheden deel van het systeem, maar Griekenland voegde zich in 2001 bij de eurozone. Daardoor bleef alleen de Deense kroon over in het systeem.

Op 28 juni 2004 traden Estland, Litouwen en Slovenië toe tot WKM II.

Op 2 mei 2005 traden Cyprus, Letland en Malta toe tot WKM II en op 28 november van dat jaar volgde Slowakije.

Op 1 januari 2007 trad Slovenië toe tot de eurozone.

Op 1 januari 2008 traden Cyprus en Malta toe tot de eurozone.

Op 1 januari 2009 Slowakije toe tot de eurozone.

Op 1 januari 2011 volgde Estland.

Op 1 januari 2014 trad Letland toe tot de eurozone.

Op 1 januari 2015 volgde Litouwen en bleef alleen de Deense kroon over binnen het WKM II. Voor deze munteenheid wordt de wisselkoers gehouden binnen ongeveer ± 2,25% tegenover de centrale wisselkoers van EUR 1 = DKK 7,460 38.

Op 10 juli 2020 traden Bulgarije en Kroatië toe tot WKM II.

Op 1 januari 2023 trad Kroatië toe tot de eurozone.