John Evelyn

In de wereld van vandaag is John Evelyn een onderwerp dat grote relevantie heeft gekregen en de aandacht heeft getrokken van mensen van alle leeftijden en culturen. Of het nu vanwege de impact op de samenleving of de invloed ervan op het dagelijks leven is, John Evelyn is een aandachtspunt geworden voor degenen die de wereld om hen heen beter willen begrijpen. Terwijl we ons verdiepen in dit artikel, zullen we de verschillende facetten van John Evelyn verkennen en het belang ervan op verschillende gebieden bespreken. Van zijn historische relevantie tot zijn impact vandaag de dag blijft John Evelyn een onderwerp van discussie en debat dat onze aandacht en reflectie verdient.

John Evelyn.

John Evelyn (31 oktober 162027 februari 1706) was een Engels schrijver en dagboekschrijver.

De dagboeken van Evelyn werden in dezelfde periode geschreven als die van de beroemdste dagboekschrijver van zijn tijd, Samuel Pepys. Ze werpen een bijzonder helder licht op belangrijke gebeurtenissen in de kunst en de politiek. Hij beschreef de dood van zowel Karel I als van Oliver Cromwell, de Pestepidemie in Londen, en de Grote brand van Londen in 1666. Evelyn is een van de oprichters van de Royal Society. Evelyn en Pepys correspondeerden veel en ook deze briefwisseling is grotendeels bewaard gebleven.

Evelyn bezocht in 1641 ook Holland. Daarover schreef hij dat "schilderijen hier heel gewoon zijn, en er is amper een gewone handwerksman wiens huis er niet mee is versierd". In de 17e eeuw was het schilderijenbezit buiten de steden echter erg beperkt. Marion Boers (2012) schrijft dat Evelyn "niet al te serieus" genomen moet worden. Volgens haar heeft hij zijn opmerkingen niet uit eigen waarneming. Zij geeft een overzicht welke bevolkingsgroepen een schilderij aan de muur hadden hangen en daar viel echt niet iedereen onder en ook zij stelt dat het schilderijenbezit buiten de steden niet veel voorstelde. Zij meent dat de uitspraken van Evelyn "hoogstwaarschijnlijk" niet een gevolg zijn van eigen waarneming. De Amerikaanse econoom John Michael Montias, die uitgebreid publiceerde over het schilderijenbezit in de 17e eeuw van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, vond dat Evelyn - in ieder geval op dit gebied - geen betrouwbare bron was.