Structuurbiologie

Er is altijd grote belangstelling geweest voor Structuurbiologie, of het nu gaat om de impact ervan op de samenleving, de relevantie ervan in de geschiedenis of de invloed ervan op de cultuur. Structuurbiologie is het onderwerp geweest van studies, debatten en analyses in verschillende disciplines, wat het belang ervan in de huidige context aantoont. In dit artikel zullen we verschillende aspecten onderzoeken die verband houden met Structuurbiologie, van zijn oorsprong tot zijn evolutie vandaag de dag. We zullen de impact ervan op verschillende gebieden en de relevantie ervan in het dagelijks leven analyseren, met als doel de betekenis en rol ervan in de samenleving beter te begrijpen.

Deel van een serie artikelen over

Structuur van fosfoglyceraatkinase 3PGK
Ruimtelijke structuur van een enzym
–– Biomoleculen ––

Eiwit · Koolhydraat · Biopolymeer · Natuurproduct · Nucleïnezuur · Metaboliet · Vet · Vitamine


–– Stofwisseling ––

Anabolisme · Celademhaling · Eiwitsynthese · Katalyse · Fotosynthese · Katabolisme


–– Verwante onderwerpen ––

Bio-informatica · Enzymologie · Moleculaire biologie · Structuurbiologie


Portaal Portaalicoon Bio·Chemie

Structuurbiologie (Engels: structural biology) is een deelgebied van de moleculaire biologie waarin men de ruimtelijke structuur bestudeert van biologische macromoleculen (met name eiwitten en nucleïnezuren), hoe zij zich in deze structuur organiseren en hoe veranderingen in hun structuur hun biochemische functie beïnvloeden.

Eiwitten en nucleïnezuren liggen aan de basis van vrijwel alle cellulaire activiteit, en enkel de specifieke driedimensionale structuur van dergelijke macromolecuul bepaalt hoe deze functies worden uitgevoerd. De ruimtelijke architectuur van macromoleculen is vaak terug te voeren op de volgorde (sequentie) van de monomeren waaruit ze zijn opgebouwd. Eiwitten vouwen zich bijvoorbeeld op in een complexe tertiaire structuur, op basis van hun aminozuursequentie, de primaire structuur.

Structuurbiologisch onderzoek wordt gedaan op basis van technieken uit de biofysica en biochemie. De meeste biomoleculen zijn te klein om met microscopen in detail waar te nemen. De technieken die structuurbiologen gebruiken zijn veelal natuurkundig van aard. Voorbeelden zijn massaspectrometrie, röntgendiffractie, kernspinresonantie (NMR) en small-angle X-ray scattering. Ook principes uit de bio-informatica kunnen worden gebruikt om structuren te onderzoeken, door naar verbanden te kijken tussen de vouwingsmotieven in de nucleotidesequentie van het macromolecuul.

Zie ook